Binnen de Federatie voor Gezondheid wordt al heel lang gepuzzeld op het concept ‘vitaliteitscontract’. Het idee daarvan is dat er een deal ontstaat waar drie groepen voor willen tekenen: 1. mensen oftewel consumenten/burgers/patiënten, 2. dienstverleners op het gebied van vitaliteit en gezondheid en 3. partijen die belang hebben bij vitale mensen (zoals een werkgever, een gemeente en/of een zorgverzekeraar). In die deal worden rechten en plichten beschreven die ervoor zorgen dat deelnemende mensen vitaal kunnen worden en blijven.
Bij mijn weten bestaat dit nog nergens echt. Wel ‘halve’ initiatieven, bijvoorbeeld een platform waar gezondheidsaanbod als abonnement wordt aangeboden of werkgevers die vitaliteitsinterventies (laten) aanbieden. Maar dat aanbod wordt dan niet omarmd door de mensen voor wie het bedoeld is. De echte voorbeelden gaan er heus komen, alleen zijn de wielen nog wat vierkant en proberen we ze steeds verder rond te schaven.
Wat ik interessant vind, is dat er vaak meteen discussie ontstaat over het woord ‘vitaliteitscontract’. Aan dat woord ben ik niet gehecht, maar de reden dat het discussie oproept vraagt onze aandacht: mensen en organisaties willen het woord niet gebruiken, want ‘contract’ wekt de indruk dat mensen zich ergens op vastleggen en dat zou teveel afschrikken.
Laat het nu net de bedoeling zijn dat mensen zich willen vastleggen! Het idee is dat je een contract aanbiedt dat alle partijen dolgraag willen tekenen. Omdat er alleen maar iets te winnen valt en niets te verliezen. Bij een arbeidscontract doe je dat ook: de werkgever wil arbeidskracht en de werknemer wil werkvreugde en inkomsten. Dus teken je een contract.
Zoiets kan ook op het gebied van vitaliteit als we leren wat mensen zoeken en waar ze in willen investeren. En als de investeerders en interventieaanbieders zich daadwerkelijk committeren op resultaten, kwaliteit en duurzame samenwerkingen aangaan. Als het contract gaat over de juiste zaken en op de juiste manier is ingericht, waarom zou je dan niet tekenen? Sterker nog: je zou gek zijn als je niet tekent. Dat is de bedoeling. We puzzelen er mooi aan verder.